Recensie: Brouwerij Kees – East India Porter
Eindelijk is daar dan het eerste officiële bier van Brouwerij Kees. Na een traject van crowdfunding, verbouwingen, installeren en testen brengt meesterbrouwer Kees Bubberman zijn eerste bier uit onder zijn eigen naam. Beleeft Kees met zijn East India Porter een vliegende start of zijn er nog wat haperingen?
Emelisse
Kees Bubberman is een naam die in de Nederlandse biersector, maar zeker ook internationaal, hoge ogen gooit. In 2007 werd hij meesterbrouwer bij de Zeeuwse brouwerij Emelisse en kreeg daar vrij spel. Al gauw werd het assortiment flink uitgebreid met bieren van de Amerikaanse stijl, zoals een Double IPA, Black IPA, Triple IPA en Russian Imperial Stout.
Dat Kees graag experimenteert met bier werd duidelijk door zijn White Label-lijn. Bieren in een gelimiteerde oplage die vrijwel allemaal gerijpt werden op bijvoorbeeld whisky-, cognac, of rumvaten. Op deze site hebben wij er een aantal gerecenseerd en over het algemeen waren wij zeer enthousiast over deze bieren.
Eigen benen
Eind 2014 vond Kees het tijd voor een nieuwe stap in zijn carrière, een eigen brouwerij. Met behulp van crowdfunding kreeg hij in zeer korte tijd het benodigde kapitaal bij elkaar. Als locatie koos hij voor het Zeeuwse Middelburg waar hij zich vestigde in een grote loods. Dat Bubberman het meteen serieus aan gaat pakken blijkt wel uit zijn capaciteit van maar liefst 1800 hectoliter.
Zijn bier was vorige maand al te proeven op het Alvinne Craft Bier Festival in België, maar nu is het dan ook op de fles te krijgen. Zijn eerste brouwsel luistert naar de naam East India Porter en heeft een alcoholpercentage van 6,5 procent. In totaal wil Bubberman 6 á 7 vaste bieren in zijn assortiment opnemen allemaal van de Amerikaanse stijl. Ook komen er weer gelimiteerde varianten waarvan de eerste al is aangekondigd.
Etiket
Op een foto op zijn Facebook-pagina is te zien dat al zijn bieren worden voorzien van een soortgelijk etiket, waarbij de kleur het soort bier aangeeft. Deze stijl zijn we bij meer brouwerijen terug zoals Emelisse en het Uiltje. Voor de East India Porter is dit oranje. Het etiket ziet er professioneel en strak uit. Onder het logo en de naam van het bier staat de zin ‘A true mystical tour for your taste buds!’, dat belooft wat.
De voertaal op het etiket is Engels, wat duidelijk de ambities van Kees aangeeft. Achterop staan de ingrediënten, waarbij ook de verschillende hop- en moutsoorten genoemd zijn, iets wat wij altijd waarderen. Voor de hop heeft Kees gekozen voor Summit en Cascade, voor de mout Pale Ale, Munchener, Carafa Special en Cara. Verder heeft het bier een EBC van 65 en een EBU van 70.
Inschenken
Het bier ziet er in het glas uit als een echte Porter: colabruin met een licht crèmekleurige schuimkraag. Het schuim zakt vrij snel in, maar plakt wel mooi aan de rand van het glas. De geur is beslist niet die van een standaard porter. Je ruikt duidelijk het bloemige van de hop, waarbij we met ons ogen dicht dit bier eerder als een IPA zouden bestempelen.
Smaak
Maar genoeg gekeken en geroken, hoe smaakt Kees’ eerste eigen brouwsel? De sterk aanwezige hopgeur vindt zijn weg niet naar de smaak van het bier. Het bier smaakt vooral als een echte porter. Het begint bitter, met wat tonen van pure chocolade en gebrande karamel en wordt dan wat droger, vleugje peper en misschien wat gronderig. Het bier is in balans, maar heeft wel iets waterigs. Bovendien bevat ons bier naast wat gebruikelijk gist onderin ook een wat harder soort bezinksel, iets wat wij nog niet eerder terugvonden in een flesje.
Conclusie
De East India Porter is wat ons betreft nog niet meteen een schot in de roos. Het is beslist een aardige Porter, maar niet de vliegende start waar wij op gehoopt hadden. Dat vreemde bezinksel vergeven we Bubberman en komt wellicht doordat wij een eerste batch hadden. Zijn eerste eigen flessen zijn in ieder geval een feit en wij hebben er alle vertrouwen in dat hij ons met zijn andere bieren wel gaat overtuigen.